Mag een beweegbaar raam onderdeel uitmaken van een volgens artikel 2.17 vereiste vloerafscheiding?
Artikel 2.18 lid 3 van het Bouwbesluit 2012 geeft aan dat de vloerafscheiding (borstwering) onder een raam ten minste 0,85 m hoog moet zijn. Artikel 2.17 lid 1 geeft aan dat een vloerafscheiding zelf niet beweegbaar mag zijn. Als het kozijn lager zit, mag u eventueel een deel van het raam aanwijzen als vloerafscheiding, mits dat deel van het raam dus niet open kan. De onderste strook van het raam moet wel bestand zijn tegen de erop werkende krachten (bijv. door toepassing veiligheidsglas).
Als het raam wel open kan, mag u het raam zelf niet aanwijzen als vloerafscheiding, maar moet u extra voorzieningen treffen, bijv. in de vorm van een doorvalstang of een hekwerk. In dat geval moet de doorvalbeveiliging dus tot 0,85 m hoogte rijken.
Overigens kan een zogenoemd verhuisraam - dat is een raam dat tijdens het normaal gebruik niet beweegbaar is maar bij een verhuizing gedemonteerd kan worden - worden aangemerkt als niet-beweegbare vloerafscheiding.
Trefwoorden: Doorvalbeveiliging, Raam
Versiedatum: 20-10-2017
Is uw vraag hiermee niet beantwoord?
U kunt geen vragen meer stellen via de Helpdesk Bouwregelgeving en Brandveilig gebruik. Gaat u bouwen of verbouwen? Dan kunt u vragen over de bouwregels
stellen aan uw gemeente. Gebruik daarvoor de contactgegevens van uw gemeente.
Algemene vragen over het Besluit bouwwerken leefomgeving of de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) kunt u stellen via het
vragenformulier
van het Informatiepunt Leefomgeving (IPLO).
Zie ook
Vragenformulier Informatiepunt Leefomgeving
Algemene vragen over het Besluit bouwwerken leefomgeving of de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) kunt u stellen via het vragenformulier van het Informatiepunt Leefomgeving (IPLO).