De woningtoegangsdeuren van onze appartementen uit 1980 sluiten aan op een besloten gemeenschappelijke verkeersruimte (corridor). We gaan de deuren niet vervangen maar verbeteren. Het slot wordt vervangen en er wordt een bij brand opschuimende strip aangebracht. In het zesde lid van artikel 6.26 van het Bouwbesluit 2012 staat dat het eerste lid (zelfsluitendheid) en het vijfde lid (automatische vrijloopdranger) van toepassing zijn bij het geheel of gedeeltelijk vernieuwen of veranderen of het vergroten van een bouwwerk. Moet ik nu bij het verbeteren van de deuren een vrijloopdeurdranger aanbrengen?

Nee. Het is als de oorspronkelijke deur behouden blijft niet nodig om een vrijloopdeurdranger aan te brengen.

Het vervangen van het slot en het aanbrengen van een tochtstrip zijn aan te merken als gedeeltelijk vernieuwen of veranderen van het bouwwerk. Toch leidt deze verbetering niet tot het moeten aanbrengen van een deurdranger of een vrijloopdeurdranger. Dat dit niet nodig is volgt uit artikel 4 van de Woningwet. De tekst van dit artikel luidt als volgt:

Indien een bouwwerk gedeeltelijk wordt vernieuwd, veranderd of vergroot, zijn de voorschriften, bedoeld in artikel 2, voor zover zij betrekking hebben op dat bouwen, slechts van toepassing op die vernieuwing, verandering of vergroting.

Dat wil zeggen dat het vervangen van een slot, of het aanbrengen van een bij brand opschuimende afdichting op zichzelf nooit kan leiden tot het moeten aanbrengen van een vrijloopdeurdranger.

Vervang je echter de deur door een nieuwe deur, dan zal die deur een automatische vrijloopdeurdranger moeten hebben.

Versiedatum: 07-07-2022

Is uw vraag hiermee niet beantwoord?
U kunt geen vragen meer stellen via de Helpdesk Bouwregelgeving en Brandveilig gebruik. Vooruitlopend op de inwerkingtreding van de Omgevingswet op 1 januari 2024 kunt u uw vragen stellen via het vragenformulier van het Informatiepunt Leefomgeving.

Terug naar overzicht met vragen en antwoorden